Na mijn bezoekje aan Wildlands vanmiddag ook maar weer eens een rondje gemaakt in het Rensenpark, beter bekend als het oude Dierenpark Emmen. Hoewel de charmante oude bomen er grotendeels nog altijd staan ligt een groot deel van het park er ook nogal troosteloos bij. Na de verhuizing van de dierentuin is een groot deel van de verblijven verwijderd, maar er zijn er ook een aantal waar nog altijd nauwelijks iets aan veranderd is (behalve dat ze overwoekerd zijn door planten). Ik neem jullie mee met een klein rondje door het oude dierenpark.
In het verleden zwierden de gibbons tussen de bomen die hier op de voorgrond staan. Daarachter lag het Biochron wat inmiddels vrijwel volledig gesloopt is. Rechts zie je de kijkhut van het oude leeuwenverblijf nog altijd staan, maar dat is ook nog het enige wat er van dit verblijf over is.
Links van deze boom stond ooit de Oasia kas, die heeft inmiddels al een aantal jaar plaats gemaakt voor een verzamelplaats van slooppuin. De bosje in het midden hield de kas uit het zicht vanaf de tijgers, deze hadden rechts van de boom een grote kooi waar inmiddels niets meer van over is.
Met olifanten buitenverblijf is sinds het vertrek van de dieren eigenlijk niets meer gedaan. Er was ooit een plan om er een sporteiland van de maken (met behoud van de kenmerkende rotsen), maar dit bleek tot nu toe te duur.
Geef het een beetje liefde en de groep maki’s die nu in Wildlands apart zitten zouden zo weer het oude maki-eiland kunnen gaan bewonen. Buiten lijkt er op het oog namelijk vrij weinig veranderd. Er staat zelfs nog een oude schuilhut.
Hoewel het groen tegenwoordig het verblijf van de colobusapen en pelikanen heeft overgenomen is ook hier verder weinig veranderd. De torens waar de apen in slingerden zijn er nog altijd.
Dat op dit gezellige gazonnetje ooit panters en servals liepen kan je je dan weer niet voorstellen.
Op een paar bruggetjes na (die je overigens niet eens mag gebruiken) is ook de savanne nog altijd grotendeels intact. In plaats van neushoorns, giraffen en impala’s loopt er tegenwoordig vaak een kudde schapen. In het voormalige safarirestaurant kan je tegenwoordig ook weer terecht om een hapje te eten.
Wie het oude berenverblijf kende zal zeker de rotsformatie nog herkennen, voor de rest is het omgebouwd tot een soort groentetuin. Toch treurig om het mooiste berenverblijf wat ik ooit heb gezien er zo bij te zien liggen. De Americasa kas achter het verblijf staat overigens nog altijd fier overeind.
De plek waar ooit manenrobben en pinguïns zwommen en je tussen de vogeltuin kon wandelen is tegenwoordig een grasveld en van de oude rotsen heeft men een soort torentjes gebouwd met verschillende grassen er op. Op zich ziet dit er wel fraai uit.
Opvallend is het oude uilenverblijf, deze lijkt nog volledig intact. Ook het bezoekerspad wat er doorheen liep staat er nog, alleen kan je het niet meer betreden.
De voormalige steunpilaren van het slingerapeneiland zijn verzaagd tot bijzondere houtfiguren.. In het water zwemt een koppeltje zwarte zwanen.
In het oude doodshoofdaapjes binnenverblijf wonen tegenwoordig een aantal huis-tuin-en-keuken-parkieten.
De kinderboerderij is nog vrijwel hetzelfde als pak hem beet 15 jaar geleden.
Was je hier in 2015 20 meter vooruit gelopen dan had je tussen de nijlpaarden gezwommen.
Al bij al hoop ik dat de gemeente het de komende jaren voor elkaar krijgt om van het Rensenpark een sfeervol aangenaam park te maken waar je graag wil zijn. Voorlopig is dat mede door de financiële situatie van de gemeente en het feit dat men nog altijd niet écht weet wat men nou wel en niet zou willen nog niet gebeurd. Ik kwam een artikel tegen waarin de wethouder zei dat ze de tijd nodig hadden en het zomaar 15 jaar kon duren, “het oude dierenpark was ook niet in maar 1 jaar gebouwd”. Desondanks zijn we al op jaar 6 en heeft men eigenlijk alleen maar gesloopt, wat de sfeer niet altijd ten goede heeft gedaan. Ik hoop dat er snel wat meer liefde in gestoken wordt, want op deze manier doet men het oude dierenpark echt geen eer aan.